Kruispunten en Rotondes

In mijn wereld heb je kruispunten en rotondes. Beide verschijningen zijn een mogelijkheid om het verkeer van auto’s, bussen en fietsen verder te loodsen. Het kruispunt ziet er over het algemeen uit als een soort kruis. De naam kruispunt is, denk ik, dan ook bewust gekozen. Mensen kunnen dingen makkelijker onthouden als ze bij het horen van de naam zich al een beetje kunnen voorstellen hoe het eruit ziet. Meestal komen bij een kruispunt vier wegen bij elkaar. Door middel van verkeerslichten kunnen de automobilisten om de beurt een richting opgaan. Als de verkeerslichten echter verkeerd staan ingesteld, of er gewoon heel veel automobilisten op de weg zijn, ontstaan er lange rijen voor het kruispunt. Daarom hebben mensen de rotonde bedacht. De rotonde is rond, iets wat je met een beetje fantasie uit de naam kan afleiden. Een rotonde is een cirkel met om de zoveel meter een afslag naar rechts, naar buiten dus. Een rotonde heeft meestal drie of meer afslagen. Bij twee afslagen had er net zo goed geen rotonde kunnen worden aangelegd. Dan was een bocht of misschien zelfs een recht wegdek aanleggen net zo nuttig geweest, zoniet nuttiger. De mensen die al op de rotonde zitten, hebben voorrang, die mogen dus doorrijden terwijl de andere mensen voor de rotonde moeten wachten. Zodra er een open plek ontstaat, omdat een auto van de rotonde afgaat bijvoorbeeld, kun je je auto op de rotonde rijden en zodoende vindt er een soepele doorstroming plaats. Als de rotonde ten minste groot genoeg is om veel auto’s, bussen en vrachtwagens tegelijk aan te kunnen. Als de wegen te druk worden, is het nog steeds lang wachten.


Ik was een keer op vakantie in Frankrijk, aan de Atlantische kust. We hadden een stacaravan gehuurd, een soort caravan (die te zwaar is om achter je Opel Astra aan te slepen naar Zuid-Frankrijk) annex bungalow (die veel te klein is uitgevallen). In het dorpje waren heel erg veel rotondes. En ze leken allemaal erg op elkaar. In het middel bloeiden felle bloemen of groeide erg groen gras. Toen ik met mijn ouders op de tweede dag boodschappen ging doen in het centrum, raakten we op de terugweg al gauw de weg kwijt. Teveel rotondes is dan ook niet goed, denk ik. Misschien dat het beter is om af te wisselen.

In mijn stad heb je een hele grote rotonde. Er komen een aantal grote wegen op uit (en één kleinere, die naar het autoloze centrum gaat). De rotonde is drie- of vierbaans, dat is niet altijd even duidelijk. En de wegen die ernaartoe leiden zijn dubbelbaans. Op die ene die naar het centrum gaat na dan. Die rotonde is overdag zo druk dat het complete chaos zou zijn als er niet extra maatregelen zouden zijn getroffen. Er zijn dan ook verkeerslichten geplaatst, net zoals bij veel kruispunten wordt gedaan. Om de beurt gaat op de rotonde bij een afslag het verkeerslicht op rood, dan kunnen de fietsers en voetgangers oversteken en moeten alle auto’s wachten die af of op de rotonde willen bij die afslag. Zo ontstaat er wat ruimte. Als fietser moet je bijna altijd wachten op een groen licht. Maar als het dan groen wordt, kom je in een groene golf terecht. Dan kun je in één keer doorfietsen langs alle afslagen. Maar dan moet je wel genoeg snelheid hebben, anders springt het volgende stoplicht op oranje als je eraan komt en het volgende is dan al rood als je geen sprintje trekt. Maar als je snel genoeg fietst, dan kun je voor altijd rondjes fietsen. Niemand doet dat overdag, omdat het dan druk is, en omdat het stinkt door al het verkeer. Maar ’s nachts, als ik terugkom van een avond uit, dan is de rotonde soms helemaal leeg. Dan kun je als je wilt eeuwig rondjes fietsen op de rotonde.

In het midden van de rotonde staan vaak kunstwerken. Meestal gaat het dan om abstracte, moderne kunst waar de gemiddelde verkeersdeelnemer de ballen van snapt. De meeste automobilisten keuren het dan ook bijna geen blik waardig. De grote rotonde in mijn stad heeft echter geen moderne kunst in zijn hart. Er staat een beeld van een of andere oude vorst. Verder groeit er gras en staan er struiken en bomen. Het is een groot hart, omdat de rotonde nu eenmaal groot is. Eigenlijk zit er nooit iemand in dat hart. Overdag is het niet mogelijk de rotonde over te steken vanwege de drukte, ’s nachts is het te koud om daar te zitten.

Het is heel rustig in het hart, ook al raast het verkeer de hele dag over de rotonde. Het is een oase van continuïteit en rust in een omgeving die continu veranderd. Wanneer ik ’s nachts op de rotonde fiets kijk ik wel eens naar links, naar het midden. Maar dat is alles. Dichterbij kom ik niet. Ik wil ook proberen te zien waar ik heen fiets, of ik de goede kant op ga. Dus kijk ik alleen maar. Tussen mij en het hart de kloof, overdag onmogelijk te overbruggen door auto’s, bussen en al het andere verkeer. En ’s nachts lijkt de stilte me nog veel meer angst aan te jagen.

3 reacties

Op donderdagavond is het niet zo rustig op het KKplein hoor. Heb er ook wel eens gezeten met een kroket 😮
We kunnen wel eens samen gaan als het dan minder eng is 😛

Er is zelfs water te vinden in het park in de vorm van kleine slootjes. Ik ben er ’s nachts dus wel eens geweest en was hier niet van op de hoogte… dat werd dus met natte schoenen naar huis. Je bent dus gewaarschuwd!

Geef een reactie