St Vincent + Bird on the Wire (Melkweg, 29 februari 2012)
Best lang geleden dat ik in de grote zaal van de Melkweg een concert bezocht. Wel ben ik nog met enige regelmaat in Paradiso geweest, maar Melkweg voelt als een eeuwigheid geleden. Ik sluit niet uit dat het Tallest Man On Earth in 2010 moet zijn geweest. Het recept van vanavond is wellicht het tegenovergestelde van een Noorse bebaarde man met slechts een akoestische gitaar; namelijk een bij vlagen grillige vrouw die soms explodeert tot grote hoogten en dan weer ingetogen is.
Voordat het zover is, eerst Bird On The Wire. Drie Nederlandse meiden die met Roosbeef-achtige (maar Engelse) vocalen sfeerbeelden schetsen. Dat is best leuk, ware het niet dat frontzangeres door lijkt te hebben dat het grootste deel van het publiek niet voor dit trio is gekomen en bij vlagen cynisch over komt. En dat terwijl je me hier toch in de Melkweg staat te spelen! Natuurlijk is het niet leuk dat mensen door je muziek heen lullen – maar dat gebeurt menig main act ook nog steeds. Cynisch kijken verandert al gauw in arrogantie en arrogantie bij een support act waar je nog nooit van hebt gehoord… Tsja, die voelt al gauw misplaatst. Complimenten voor de drummer overigens.
Het is ook niet eerlijk vergelijken natuurlijk, als St Vincent dan het podium op komt met haar band. Begint gewoon even een nummer en speelt dan gitaar alsof het haar nieuwe natuur is. En dan heb ik het niet over een soort van Feist-achtige lieflijke riffjes, maar wel over riffs met ballen die ik na een jaar oefenen nog niet zou kunnen. Mijn mond valt open tijdens opener Surgeon. Het betreft hier geen recht-voor-de-raap pop van drie minuten, maar wel indrukwekkende, intelligente rock met popvleugjes die constante aandacht vereist. In die zin is het optreden vermoeiender, grilliger en harder dan menig singer/songwriter neer zet, maar dat is voor de verandering erg lekker. De stroboscoop wordt niet geschuwd, maar uiteindelijk is Annie Clark vanavond gewoon het middelpunt. De rest van de band speelt mee, maar Clark gunt ze nauwelijks een blik – interactie is ver te zoeken: het betreft hier een spel tussen Annie en het publiek. Aan het einde van het optreden duikt ze zelfs het publiek in, drukt ze de gitaar in de handen van wat jongens en laat ze hen mee lawaai maken.
Ruimte voor rust is er nauwelijks – Year of the Tiger en Champagne Year zijn de enige rustpunten in een verder opzwepende set. Continu weet St Vincent echter te boeien, al hoop je toch stiekem dat ze op een gegeven moment de rest van de band in het spelletje betrekt. Zover komt het niet. Maar een mooie avond is het zeker.
Smoke Feathers + Thomas Dybdahl (Roepaen, 10 maart 2012)
Om onbegrijpelijke redenen (of eigenlijk: er was nog een ander concert) begint het concert van Dybdahl en voorprogramma Smoke Feathers pas om 10 uur ’s avonds. Dat is balen voor mensen die voor middernacht nog de laatste bus naar de nabijgelegen grote stad (Nijmegen) dienen te halen. De bezoekersbezetting wisselt dan ook nog wat op de dag zelf, maar uiteindelijk ben ik samen met Mischa en een klasgenootje van de basisschool (jaja!) in Roepaen. Mensen met ouders in Ottersum kunnen namelijk gewoon in Ottersum blijven. Wel zo handig. Eindelijk zijn we ook weer eens in de kapel. De meeste concerten die ik de laatste tijd bijwoonde, waren in de Night Club. Nu dus niet.
Voorprogramma Smoke Feathers – vanavond als duo – werkt hard om serieus te worden genomen als nieuwe folkband en dat gaat niet onverdienstelijk. De teksten worden door de frontman – onder andere twee jaar in Guyana gewerkt als journalist in opleiding – uitgespuugd – bij tijd en wijle. Hier geen “I would like you if you’d like me too!” maar nummers met titels als Liberation Theology, maar teksten die variëren van “welbespraakt” tot “cynisch” (DJ on the Weekend). Op de cd die na afloop wordt verkocht, resulteert dat eerlijk gezegd in een wat middle-of-the-road-product: prima te luisteren met veilige instrumentatie. Live is het in de kleinschalige bezetting erg mooi om naar te luisteren – juist omdat er niet kan worden vertrouwd op piano maar slechts op gitaar, drum en zang. Daarbij wordt er genoeg gevarieerd qua ritme dat het de hele set leuk blijft. Even zijn we bang dat er alleen maar getokkeld gaat worden vanavond, maar juist op dat moment wordt er een lekker gitaar-strum-liedje gespeeld. Gelukkig. Aanrader dus. CD verschijnt officieel in april.
Main act vanavond is Thomas Dybdahl. Het concert wordt gegeven ter ere van het tienjarig bestaan van debuutplaat That Great October Sound, maar na het openingsnummer geeft Dybdahl al aan dat hij daar niet zo zin in heeft. Hij speelt gewoon om beurten een liedje van de plaat en moderner werk. Daardoor lijkt de setlist – eerlijk is eerlijk – vrij veel op die van alle andere concerten die ik van Dybdahl heb gezien en kent die verder geen verrassingen.
De bezetting is dat wel – enigszins – in plaats van de volledige band met door de wol geverfde muzikanten – is Dybdahl vanavond met slechts twee collega’s afgereisd. Dat maakt het voor de beginnende Dybdahl-adept misschien een lange zit, met intieme arrangementen. Waar normale Dybdahl live-concerten namelijk al gauw ontaarden in een funky feestje, wordt hier vertrouwd op bas, steel pedal en Dybdahls gitaar (en piano). Geen drum dus, en aangezien Dybdahl sowieso al veel verstilde momenten in zijn muziek stopt, wordt het een bijzonder zachte avond. Akoestisch, zo u wilt.
Natuurlijk mogen we gewoon meezingen bij Cecilia en Dreamweaver, maar Party like it’s 1929 komt toch net wat feestelijker over met volledige bezitting. Uiteindelijk speelt Dybdahl dan toch nog een geheel nieuw, onuitgebracht nummer. Dat werd tijd, aangezien Waiting for that one clear moment al ruim twee jaar oud is, en er daarvoor en daarna alleen maar (internationale) compilaties werden uitgebracht. Dybdahl lijkt dan ook al enige tijd bezig met greatest hits tours. Gelukkig duikt Dybdahl op korte termijn de studio in om een nieuwe cd op te nemen. Dat belooft wat.
Vanavond valt Dybdahl in ieder geval weinig te verwijten. Dybdahl speelt weer mooi en lijkt het prima naar zijn zin te hebben en de arrangementen passen goed bij de nummers. De bas staat misschien wat zacht – waardoor die moeilijk te horen is, maar dat is dan ook echt de enige smet op de avond. Daar laten wij deze mooie avond niet door verpesten. En als de avond al niets anders met me doet, dan is het wel me laten hopen dat er nog talloze fantastische artiesten Roepaen mogen aandoen voor zo’n intiem concert. Altijd meer.